Psalm 96
Kees Waaijman leidt de psalm in.
1 Zing Wezer nieuwe zang,
0 zing Wezer, alle land.
2 Zing Wezer, zegen zijn naam,
0 vermaar dag aan dag zijn bevrijding.
3 Vertel in de naties zijn wichtigheid,
0 in alle volken zijn zonderheden.
4 Ja, groot Wezer en uiterst te vieren,
0 te schromen boven alle Machtigen Hij.
5 Ja, alle Machtigen van de volken zijn amechtig,
0 en Wezer heeft de hemel gemaakt.
6 Majesteit en pracht voor zijn gelaat,
0 verweer en pronk in zijn heiligdom.
7 Schaf Wezer, maagschappen van de volken,
0 schaf Wezer wichtigheid en verweer.
8 Schaf Wezer de wichtigheid van zijn naam,
0 hef een geschenk en kom in zijn hoven.
9 Zijg voor Wezer in heilige pracht,
0 kronkel voor zijn gelaat, alle land.
10 Zeg in de naties: ‘Wezer is koning,
0 mee gevestigd is de kreits, onwankelbaar,
0 Hij vonnist de volken in recht.’
11 Verheuge zich de hemel en juiche het land,
0 dondere de zee en haar volheid.
12 Gloriëre het veld en al wat erin is,
0 dan joelen alle bomen van het woud
13 voor het gelaat van Wezer, ja, Hij komt,
0 ja, Hij komt om het land te schikken.
0 Hij schikt de kreits in bewaring
0 en de volken in zijn hechtheid.